Veel gemeentes van de Protestantse Kerk in Noordoost-Nederland kampen met een lage betrokkenheid van twintigers en dertigers bij het kerkelijke leven. Dit probleem heeft echter niet alleen te maken met deze leeftijdsgroep, maar is vooral een gevolg van een dynamiek tussen generaties.
Bovendien zijn twintigers en dertigers wel degelijk geïnteresseerd in kerkelijke activiteiten. Dat blijkt uit onderzoek van het Onderzoekscentrum Connecting Churches and Cultures (CCC) van de Protestantse Theologische Universiteit, vestiging Groningen.
Een van de verrassende conclusies van het onderzoek is dat de oorzaak van het ontbreken van twintigers en dertigers in de kerk niet alleen bij deze generatie zelf gezocht moet worden. Naast een “dal” in het aantal twintigers en dertigers, blijkt er namelijk ook een “berg” aan zestigers te zijn. Deze babyboomers zetten een sterk stempel op het kerkelijke leven, waar twintigers en dertigers zich mogelijk niet bij thuis voelen. Voor de toekomst is het daarom van belang dat kerken oog krijgen voor de manier waarop deze generaties in de kerk zich tot elkaar verhouden, aldus de onderzoekers.
Volgens dr. Marten van der Meulen, hoofdauteur van het rapport, is het niet zo dat twintigers en dertigers niets meer met kerk of geloof te maken willen hebben. “Veel twintigers en dertigers zitten niet elke zondag in de kerk, maar raken wel betrokken bij kortlopende projecten. Deze betrokkenheid kan dan even ook heel intens zijn, bijvoorbeeld als er geld ingezameld wordt om samen met anderen naar het buitenland te gaan om een ziekenhuis te bouwen, of om de plaatselijke rommelmarkt een succes te maken.”
Uit het onderzoek bleek verder dat er grote schil is van soms-actieve twintigers en dertigers. Ook is er vaak een harde kern van deze leeftijdsgroep aanwezig die juist wel erg actief is, ook in tijdrovende en verantwoordelijke functies als kerkenraadslid of diaken.
Hoewel het rapport problemen signaleert waar de Protestantse Kerk de komende jaren mee te maken zal krijgen, hoeven kerken niet te somberen, aldus dr. Van der Meulen: “De grote berg aan 55-plussers in de Protestantse Kerk brengt ook veel kapitaal met zich mee. En dan gaat het niet alleen om geld of de tomeloze inzet van de actieve 55-plussers, maar ook om de wijsheid van mensen die al veel meegemaakt hebben.”
De onderzoekers benadrukken dat dit kapitaal juist nu ingezet zou moeten worden om te investeren in vormen van kerk zijn die houdbaar zijn. De “berg” aan 55-plussers in de kerk zal in 10, 20 jaar namelijk door ziekte en sterfte langzamerhand verdwijnen. Dr. Van der Meulen: “Sommige kerken zijn vooral bezig om het bestaande draaiende te houden. Zij zouden ook de tijd moeten nemen om te bedenken waar ze in kunnen investeren. Nu is de tijd om het kapitaal dat nog opgetast ligt in de kerk in te gaan zetten voor innovatieve kerkplekken.”
Volgens de onderzoekers is het bouwen aan relaties tussen generaties een goed idee. Dit kan de vorm krijgen van een intergenerationeel geloofsgesprek. “Het investeren in relaties tussen generaties, en het inzetten op thema’s en vormen die ook voor jongere generaties relevant zijn, kan veel positieve energie geven,” aldus Van der Meulen.
Het onderzoek van CCC vond plaats onder de meer dan 600 gemeentes van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) in Drenthe, Friesland, Groningen en Overijssel. Deze gemeentes kregen een vragenlijst toegestuurd over de betrokkenheid van twintigers en dertigers op hun kerkelijke leven. Daarnaast werden ook demografische gegevens bekeken, en werd een kwalitatief onderzoek gehouden onder twintigers uit een aantal dorpen in deze regio.
Dr. M. van der Meulen
© Henk-Jan Oudenampsen
19-03-2014
Jongeren
https://www.pthu.nl