Emke: ‘Vandaag ben ik op pad met mijn bakfiets en ik besluit via de plas richting Ter Aar te rijden. In het begin kom ik her en der wat wandelaars tegen, aan wie ik een kaart geef. Soms wisselen we een paar woorden, maar een echt gesprek komt er niet van. Terwijl ik verder rijd, vertel ik de Heer hoe graag ik met iemand wil praten.’
Ja, ik realiseer mij dat elke kaart een schakeltje kan zijn in een levensveranderend proces, maar heel bevredigend is het niet. Ik moet vanmorgen steeds denken aan Johannes 4, waar de Heer Jezus door Samaria moest gaan. Hij ontmoette daar de vrouw bij de put, op het heetst van de dag. ‘Heer, het is inmiddels 12 uur geweest. En het is misschien niet warm buiten, maar waar is die ene persoon Die U op het oog heeft vandaag?’
Impulsief sla ik een ander weggetje in
Ik zie ondertussen voor de 3e keer een fietsbordje waarop staat: Ter Aar 3 km, en ik vraag me af hoe dat mogelijk is, aangezien ik keurig de bordjes volg. En aangezien ik nu linksaf moet en die lange weg er uitgestrekt en leeg uit ziet, besluit ik impulsief een ander weggetje in te slaan. Wellicht kom ik op deze manier sneller in Ter Aar?
Aarlanderveen
Ik zie een kerktoren en blijk heel dicht bij Aarlanderveen te zijn. ‘Jezus moest door Samaria gaan’, klinkt het weer door mijn hoofd. En op dat moment sla ik af, richting Aarlanderveen. Ik ben binnen mum van tijd middenin het dorp. Wanneer ik een kaart gegeven heb aan een wandelende vrouw, rij ik door naar onze vrienden in de molen waar ik een boterhammetje krijg.
‘Ik ben ook echt blij als ik gewoon heel simpel wat kaarten mag uitdelen.’
‘Wat ga je vanmiddag doen?’ vraag ik aan Johan. ‘Ik moet naar Ter Aar’, reageert hij. ‘Ga jij daar nu ook heen?’ Maar ik heb om 15.00 een afspraak, dus ik hou het vandaag bij Aarlanderveen. Als ik wegfiets, stel ik de Heer gerust. ‘Ik ben ook echt blij als ik gewoon heel simpel wat kaarten mag uitdelen.’ Maar een paar tellen later kan ik het niet laten. ‘En toch Heer, U moest door Samaria gaan voor die éne persoon. Waarom werd het vandaag Aarlanderveen in plaats van Ter Aar?’ Nog geen minuut later zie ik in de verte een geparkeerde auto aan de overkant van de weg. Er staat een man naast met zijn sigaretje. Ik stuur mijn fiets ook het parkeerhaventje in en stop vlak naast hem.
Je bent waardevol
‘Wat een heerlijk plekje hier!’ Hij kijkt op, knikt en zwijgt. ‘Heeft iemand je vandaag al verteld dat je waardevol bent?’ Hij schudt zijn hoofd. Ik geef hem een kaart, en dan komt er geluid uit. ‘Dankje. Dat is aardig.’ ‘Heel aardig. Maar het is nog mooier dan je denkt. God vindt je waardevol.’ ‘Ah. Zozo.’ ‘Hoe vind je dat?’ ‘Ik weet niet wat ik daarvan vind.’ ‘Wat heb je met God?’ ‘Tja. Wat heb ik met God. Niet zoveel eigenlijk. Of niets.’ ‘Hoe komt dat?’ Hij denkt even na. ‘Gewoon, ik weet niet. Nooit gehad.’ Ik vertel hem dat ik ook niets met Richard had, toen ik hem nog niet kende. Heel logisch.
Een illusie
We zwijgen een poosje. ‘Wat is je beeld van God?’ vraag ik dan. Hij tuurt de weilanden in, en juist als ik denk dat hij blijft zwijgen, kijkt hij me aan en zegt: ‘Ik weet dat er een illusie is waar veel mensen in geloven. Maar ik weet het niet hoor. We houden ons maar ergens aan vast. Maar feitelijk zijn we gewoon beesten.’
‘Ik weet dat er een illusie is waar veel mensen in geloven. Maar ik weet het niet hoor’
In de minuten die volgen, spreek ik met Hans over Gods plan met mensen: relatie. God maakte hem uniek, met een eigen vrije wil en verantwoordelijkheid. Iets wat dieren niet hebben! ‘Maar in naam van God zijn al heel wat mensen een koppie kleiner gemaakt.’ Daar heeft hij gelijk in. Verdrietig is dat.
Hij is gewoon vermoord
Wij allemaal hebben Iemand nodig die onze schuld betaalt bij God: Jezus. ‘Ja, Jezus. Als dat al waar is. Jij zegt dat Hij gestorven is voor ons, maar is Hij niet gewoon vermoord?’ ‘Dat is een heel goede vraag. Menselijkerwijs gezien is Hij veroordeeld en vermoord. Maar Hij heeft het in Zijn goddelijke liefde láten gebeuren. Hij wilde sterven voor jou en mij.’
‘Ik zou het mooi vinden als het waar is. Maar ik weet het niet hoor. Die hele Bijbel is natuurlijk ook maar geknipt en geplakt tot het geloofwaardig is. En daarna die Koran er achteraan.’ Ik vertel kort iets over het ontstaan van de Bijbel, en zeg dat alleen de Persoon van Jezus hem kan overtuigen.
Ik verwonder me…
Terwijl we praten verwonder ik me over deze ontmoeting. Omgeven door de weidsheid van de omgeving staan we hier op het parkeerhaventje. Er is geen ongemakkelijkheid in ons gesprek en alle ruimte om weg te kijken. Ik denk aan de vrouw bij de put in Samaria en de Heer vult mijn hart met zoveel liefde voor deze man.
Magazine LEVEN
‘Heb je een Bijbel?’ ‘Nee.’ ‘Dan heb ik iets voor je.’ Ik open de bak van mijn fiets en geef hem een magazine LEVEN. ‘Lukas wilde ook onderzoeken wat er nu precies gebeurd was en zette een onderzoek op. Dat leverde dit verslag op.’ Kijkend naar het magazine in zijn handen vertelt hij me over zijn opvoeding. Hij is katholiek opgevoed, en geloofde toen al niet dat het bidden van weesgegroetjes je naar de hemel helpt. En zitten er niet ook mooie dingen in het boeddhisme?
‘En zitten er niet ook mooie dingen in het boeddhisme?’
Religie en relatie
Ik vertel hem over het verschil tussen religie en relatie. Over het verschil tussen je buitenkant veranderen en eerlijk zijn over je hart. ‘Weet je Hans, als Richard mij op de dag van onze kennismaking ten huwelijk gevraagd zou hebben, zou ik geen zinnig antwoord hebben kunnen geven. Ik kende hem nog helemaal niet! Maar na een tijdje met elkaar optrekken, kwam daar die vraag. Toen had ik ook nee mogen antwoorden, al had ik dan een hoop vreugde misgelopen. Maar ik was vrij in mijn reactie.
Open je hart
Hans, je bent een mooi en kostbaar mens. Open je hart en leer Jezus kennen, zodat je kunt antwoorden op Gods uitnodiging.’ Hij kijkt me aan en is weer een poosje stil. ‘Ik zal het eens bekijken’, zegt hij dan. En daar heeft hij wel tijd voor, vertelt hij erbij, want hij is het liefst alleen met zijn hond en een trekkerstentje onderweg. We praten nog een poosje en dan neem ik afscheid. ‘Hans, ik vond het fijn om met je te praten. Dankjewel voor je openheid.’ Hij glimlacht. ‘Ik vond het ook fijn. Dankjewel, en een fijne dag verder.’
Emke de Jager-Kramer is getrouwd met Richard, ze wonen in Alphen aan den Rijn en hebben drie kinderen. Emke en Richard zijn al jaren samen fulltime bezig met de Bijbelstand, een evangelisatieproject waarbij ze op tal van consumentenbeurzen aanwezig zijn met een informatieve stand over het christelijk geloof. Richard is actief achter de schermen, hij is verantwoordelijk voor de opbouw en logistiek, Emke vind je normaal gesproken in de stand op de beursvloer in gesprek met bezoekers. Maar door de coronacrisis is alles stopgezet. Via deze serie artikelen op christelijknieuws.nl krijgen we een inkijkje in het bijzondere werk dat ze voor de Heere mogen doen. Sinds juni 2021 fietst Emke met haar nieuwe bakfiets rond en probeert zo in gesprek te komen met voorbijgangers.
Auteur: Redactie / Emke de Jager
Web: www.bijbelstand.nl