Lees hier de bijdrage van SGP-Kamerlid Roelof Bisschop aan het debat over het klimaat op scholen voor leerlingen met een homoseksuele gerichtheid.
Toen ik het krantenartikel las over jongeren die uit de kast geduwd zouden worden, kreeg ik een gevoel van buikpijn. Dit zijn absoluut niet de situaties die je verwacht in het onderwijs! Jongeren met een andere seksuele gerichtheid hebben het vaak al erg moeilijk. Kom er in de gemiddelde klas, op welke school dan ook, maar eens voor uit dat je anders bent dan de meeste anderen! De fleurige regenboogvlaggen doen misschien anders vermoeden, maar het is voor velen echt geen feestje als ze ontdekken dat ze een andere gerichtheid hebben. Homoseksuele jongeren nemen zelfs minder vaak hun ouders in vertrouwen. Als je dan ook nog eens in dit soort situaties terechtkomt, is dat een pijnlijke ervaring. Daarom vond de SGP het een goede zaak dat de inspectie dit serieus ging onderzoeken.
De aanleiding voor het Kamerdebat vandaag was het verhaal over een specifieke school. Het brede onderzoek van de universiteiten van Utrecht en Groningen liet vorige week echter zien dat dit geen probleem is van een beperkt groepje scholen. Het probleem speelt in heel Nederland. Het onderzoek laat zelfs zien dat leraren pestgedrag vertonen, dat is triest en onacceptabel.
Dit probleem vraagt dus overal extra aandacht. De SGP vraagt zich af of de inspectie deze problematiek voldoende in beeld heeft. Wat mij verbaast is namelijk dat op de school waar we het vandaag over hebben volgens de inspectie in 2020 nog niets aan te merken was, maar dat er een jaar later een heel andere conclusie kwam.
Het inspectierapport laat volgens de SGP een genuanceerd beeld zien. Er is echt iets fout gegaan in 2016, niemand ontkent dat, en de school betreurt het zelf ook. De inspectie vindt dat de school meer moet doen om de zorgplicht voor veiligheid in te vullen en het bestuur van de school wil die verantwoordelijkheid volledig waarmaken.
De inspectie heeft zelf overigens geen homoseksuele leerlingen gevonden die nu klachten hebben over de school. Daarnaast zijn er juist wel homoseksuele leerlingen tevreden over de handelwijze van de school toen zij uitkwamen voor hun gerichtheid. Onze houding is daarom: we gaan ervan uit dat de inspectie goed op de herstelopdrachten let en we vertrouwen dat de school zich hiervoor inzet.
De SGP heeft een paar kritische vragen:
– Vindt de minister het niet onbevredigend dat we nog steeds over de school spreken op grond van een krantenartikel en niet op basis van onafhankelijk onderzoek? Zou het toezicht hierin niet meer moeten betekenen?
– Is het wenselijk dat de inspectie aangifte doet over zaken die bij uitstek over de onderwijswetgeving gaan? Waarom aangifte doen over mogelijk verkeerd beleid, terwijl we juist de inspectie hebben om ervoor te zorgen dat tekortkomingen zo snel mogelijk hersteld worden? Dit schept een twijfelachtig precedent.
SGP – Roelof Bisschop
© Henk-Jan Oudenampsen
30-09-2021
Samenleving
https://www.sgp.nl