Matthew: “Ik ben 26 jaar oud en woon al mijn hele leven in Centraal Grozierville, in Montserrado. Ik heb zes zussen en een broer. Mijn ouders werkten dagelijks op het land, terwijl wij naar school gingen. Ik heb de middelbare school afgerond, ben getrouwd en we kregen twee dochters: Maria en Princess. Net als mijn vader en grootvader werk ik ook op ons land.”
Het Christelijk Noodhulpcluster (Woord & Daad, Red een Kind, ZOA, en TEAR) heeft vandaag een verslag gepubliceerd over het werk dat is gedaan in het afgelopen jaar in de strijd tegen ebola. Hierin lezen we onder andere dit aangrijpende verhaal van Matthew.
“In maart 2014 hoorden we het nieuws van ebola, maar we besteedden er in eerste instantie weinig aandacht aan. Totdat we op 12 september 2014 één van de leden van onze kerk verloren. We belden het ebola-team en de bloedtest was positief, daarna nam het begrafenisteam het lichaam mee.
Mijn schoonzus werd met spoed naar het ziekenhuis in Monrovia gebracht maar overleed eind oktober aan ebola. Haar twee kinderen woonden in mijn huis, maar ook zij waren besmet en stierven begin november. Het ebola-team kwam om ook hen te begraven. Ze bespoten ons huis voor zeven dagen, voordat we hier opnieuw konden wonen. We sliepen tijdelijk in de kerk hiernaast. We werden verstoten door het dorp, iedereen was bang om te worden besmet. Mijn moeder werd ziek en werd na twee dagen toegelaten in het ziekenhuis in Monrovia. Ze reageerde niet op de behandeling, verloor haar eetlust en na vijf dagen overleed ze, op 17 november 2014. We hielden geen begrafenis, haar lichaam werd verbrand.
Aan het einde van de maand kreeg mijn vrouw koorts. Ik dacht dat ze de volgende met ebola zou zijn. Ze werd direct naar het ziekenhuis gebracht, maar gelukkig was de eerste test negatief, en de tweede en derde ook! Na twee weken van behandeling werd ze vrijgelaten uit het ziekenhuis. De hele familie (14 personen) woonde samen in mijn huis van september tot december 2014. We zijn gezamenlijk in quarantaine geweest voor 42 dagen. In de tijd kwam een contactpersoon twee keer per week bij ons op bezoek, maar we ontvingen geen eten, geen medicijnen, niets. Ik ging gewoon naar ons land en bracht cassave en ander voedsel mee.”
Op de vraag of hij zich niet verlaten voelt door veel mensen antwoordt Matthew: “Ja, mensen hebben ons in de steek gelaten, maar ik kan het ze niet kwalijk nemen, ik begreep waarom”.
We proberen de draad weer op te pakken in het leven; mijn zussen en broer zijn terug in Monrovia en Firestone. Mijn vader en grootouders wonen bij mij op het erf.”
Het Christelijk Noodhulpcluster (Woord & Daad, Red een Kind, ZOA, en TEAR) geeft sinds 2014 hulp aan slachtoffers van ebola.
December 2013. De maand waarin de eerste ebola-slachtoffers vallen in Guinea. Het virus verspreidt zich al snel naar Liberia, Sierra Leone en Guinea. Op 8 augustus 2014 roept de WHO de ebola-uitbraak uit tot internationale noodsituatie, inmiddels zijn ruim 10.000 mensen overleden aan het virus.
Door voorlichting te geven over ebola namen de hulpverleners het mysterie weg en komt er steeds meer kennis en informatie vrij. Bijvoorbeeld door gebruik te maken van kinderprentenboeken, geschreven en geïllustreerd in Nederland, of door radioprogramma’s en het uitdelen van brochures. Langzamerhand wordt duidelijk wat ebola is, wat je kunt doen om het te voorkomen en hoe je het kunt herkennen en isoleren.
De epidemie ging als een golf door West-Afrika en vereiste grote aanpassingen van de gehele bevolking. Begroetingen die voorheen gepaard gingen met handen schudden of zelfs omhelzingen worden nu beperkt tot een handzwaai of een aanraking van de elleboog. Ook begrafenisrituelen moesten worden aangepast, want het aanraken van de overledenen brengt grote risico’s met zich mee. De scholen waren gesloten, kinderen kregen maandenlang geen onderwijs.
Langzaamaan herstelt de bevolking van de schok en de vele levens die zij verloren. Samen werken we aan de toekomst en het verbeteren van de algemene gezondheid door verbeterde hygiëne, de beschikbaarheid van schoonwater en sanitaire voorzieningen. Ook de economische en agrarische ontwikkeling heeft erg geleden onder deze epidemie en moet weer op gang geholpen worden.
De bevolking blijft krachtig, is niet afwachtend maar komt zelf in actie. Velen zetten zich vrijwillig in om het virus te bestrijden en daarmee het aantal slachtoffers te beperken. De middelen die door onze organisaties worden verstrekt konden op deze manier nog meer mensen bereiken.
ZOA
ZOA – Christelijk Noodhulpcluster
27-07-2015
Hulpverlening
https://www.zoa.nl