Column – Wat de bezoeker van de kerk krijgt te zien van het orgel is het zgn. orgelfront. Een behoorlijke verzameling van grote tinnen orgelpijpen. Maar het merendeel van het orgel blijft voor hem/haar verborgen.
Een orgelfront maakt indruk. Je mag het misschien wel een kunstwerk noemen. De wat grotere orgels hebben een hoofdwerk (boven de organist) en een rugwerk (achter de organist). Veel pijpen van verschillende lengtes binnen een vast patroon trekken de aandacht van de kijker. Als alleen deze zichtbare verzameling pijpen voor het orgelgeluid zou moeten vormen zou er een armzalig geluid worden. Het front mag dan een imposante indruk maken, maar met het geluid zou het behoorlijk tegenvallen.
Het echte geluid, waardoor het orgel de koning onder de muziekinstrumenten wordt genoemd, komt van de vele pijpen en pijpjes die in een kast achter het front staan en aan het oog zijn onttrokken. Het orgel op bovenstaande foto heeft in totaal 2375 pijpen. Het overgrote deel daarvan, dat verantwoordelijk is voor de fraaie orgelklank krijgt de toeschouwer in de regel nooit te zien. Dankzij de medewerking van de koster van de kerk kon ik een kijkje nemen in de ruimte achter het front van het rugwerk en mocht ik er een foto van maken.
God ziet het hart
Weet je waar me dit aan doet denken? Aan het bijbelvers: “De mens ziet aan wat voor ogen is, maar God ziet het hart aan.” “Wat voor ogen is” is te vergelijken met het orgelfront. Het verborgen hart aanzien heeft verwantschap met de pijpen achter het orgelfront, in de niet-toegankelijke orgelkast.
Waar gaat het uiteindelijk om?
Waar gaat het nu eigenlijk om bij het orgelspel? Om het imposante orgelfront of de veelheid van veelal kleine(re) orgelpijpen in het binnenste van het orgel?
Waar gaat het bij de mens om? Om alles waarmee hij indruk kan maken en wat zichtbaar is voor zijn omgeving (orgelfront) of zijn/haar innerlijke kwaliteiten; zijn/haar niet toegankelijke binnenkant, die uitsluitend voor God zichtbaar is? Ik denk nu ineens (weer) aan Psalm 19 vers 15: “Dat de woorden van mijn mond (orgelfront) en de overleggingen van mijn hart (de niet-zichtbare orgelpijpen in de kast achter het orgelfront) U welgevallig zijn.”
Ik vermoed dat de overeenkomst en het verschil tussen een orgel en een mens nu wel voldoende is toegelicht. De essentie voor mij is dat God het binnenste van een mens aanziet. Dat wat wij gewone mensen bij elkaar niet kunnen waarnemen. Als wij ons binnenste achter een imposant front proberen te verbergen is het God die daar dwars doorheen kijkt. Hij heeft geen belangstelling voor dat grote imposante presteren van ons. Hij gaat direct door naar de binnenkant, naar ons hart, en kijkt en luistert wat daar voor Hem wordt gevonden.
Willem van Leiden
Van de auteur verscheen het boek: Dan wil ik wel naar de hemel!
De columns in dit boek zijn in 2022 gepubliceerd op ChristelijkNieuws.nl.
ISBN 978-94-91888-10-6, 144 pagina’s, gebonden, prijs € 19,50
Verkrijgbaar in de webshop: www.erismeer.nl