‘Gemeenteopbouw in baptistisch perspectief is missionair gericht, wil een tegencultuur bieden en vraagt om navolging en discipelschap.’ Dat betoogde drs. Eduard Groen zaterdag 10 september in het openingscollege van het 54e studiejaar van het Baptisten Seminarium. In het Brandpunt in Doorn werd een startweekend van de studenten afgesloten met een open viering, waarbij tevens vijf studenten een diploma ontvingen.
Thema van de bijeenkomst was ‘Geloofwaardige gemeente – uitgangspunten van een baptisten gemeenteopbouw’. Groen, docent Praktische Theologie en Gemeenteopbouw, is tevens auteur van het gelijknamige boekje dat werd gepresenteerd. Hij formuleert daarin onder meer de drie genoemde doelen van baptistengemeenteopbouw. ‘Missionaire gerichtheid betekent dat je je richt op de wereld om je heen, dat je aansluiting zoekt bij de samenleving.
Tegelijkertijd wil je als gemeente een tegencultuur bieden, een alternatief van gerechtigheid, onderlinge liefde, kortom een bijdrage leveren aan Gods koninkrijk. Als derde is navolging belangrijk. Baptisten vormen bij uitstek een verbondsgemeente: je verbindt je vrijwillig aan een gemeente. Dat vraagt dat je bereid bent aan elkaar rekenschap af te leggen van je levensstijl, steeds het gesprek met elkaar te blijven zoeken, zodat het geloof ook in de praktijk wordt waargemaakt.’ Deze verschillende aspecten vind je ook terug bij andere kerkelijke stromingen, maar de combinatie is volgens Groen typisch voor baptisten.
Groen noemde daarnaast een aantal processen en werkwijzen die passen in baptistische gemeenteopbouw. ‘Er ligt een nadruk op verhalen, in plaats van op leerstellingen: het verhaal van God wordt verbonden aan het verhaal van de gemeente en van gemeenteleden’, noemde hij onder meer. En ook: ‘Participatie: iedereen telt mee en iedereen moet mee kunnen doen. In baptistengemeenten kennen we het priesterschap van alle gelovigen.
Daar past geen hiërarchische manier van sturen en leidinggeven bij, maar een procesvorming van onderaf.’ Groen pleitte ook voor ‘open modellen’, in plaats van stap-voor-stapmodellen die naar het succes moeten leiden. ‘Gemeenteopbouw is altijd contextueel bepaald: het gaat over déze gemeente, met déze roeping in déze omgeving en met déze mensen en middelen. Op die specifieke context kan een flexibel model worden toegepast.’
De bijeenkomst eindigde met de diploma-uitreiking aan vijf studenten. Tegelijkertijd mocht het Baptisten Seminarium maar liefst veertien nieuwe studenten verwelkomen. ‘Ons seminarium floreert’, constateerde bestuursvoorzitter Albert Remmelzwaal dan ook. Hij wees op de tijd en energie die de afgelopen jaren zijn geïnvesteerd in de samenwerking met de Vrije Universiteit, de Christelijke Hogeschool Windesheim, de Azusa Theologische Hogeschool en de Evangelische Theologische Hogeschool.
‘We zijn blij dat deze netwerken hun vruchten afwerpen, maar we hebben nog meer idealen en dromen. Door onder meer de contacten te versterken met andere kerken en met baptistenonderwijsinstellingen in het buitenland, willen we verder groeien: in financieel draagvlak, in de kwaliteit en aantrekkelijkheid van het onderwijs, in internationale ontmoetingen en in onderzoek.’
Remmelzwaal waarschuwde ervoor dat zulke idealen vaak met kleine stapjes bereikt worden. ‘Maar misschien is ook een grote stap mogelijk. Het internationale Baptisten Seminarium, het IBTS, overweegt om vanuit Praag naar een ander Europees land te verhuizen. Amsterdam is om verschillende redenen een interessante optie, die op dit moment door het IBTS wordt onderzocht – samen met nog twee andere Europese steden.’
12-09-2011
Kerk
https://www.baptisten.nl