In het onderwijs is al jaren van alles aan de hand. Leerlingen lopen grote hiaten op in hun basiskennis en vervolgens wordt de oplossing gezocht in de instrumentalisering en functionalisering van het onderwijs. De overheid dringt steeds meer aan op opbrengstgericht werken en scholen worden steeds meer afgerekend op resultaten.
Daarnaast veroorzaakt het huidige kabinet onrust bij eindexamenkandidaten en het hoger onderwijs door een tweetal maatregelen: het m.i.v. september 2014 omzetten van de studiefinanciering in een sociaal leenstelsel en het op termijn afschaffen van de OV kaart.
Met dit alles constateren wij het volgende:
1. Onderwijs lijkt steeds meer te reduceren tot kennisoverdracht. Voor de vormende aspecten van het onderwijs, de persoonlijke, geestelijke en dus identiteitsgevoelige toerusting, lijkt steeds minder ruimte te zijn.
2. De huidige eindexamenkandidaten verkeren in onzekerheid over de overheidsmaatregelen terwijl zij wel gedwongen worden om liefst voor 1 mei 2013 een studiekeuze te maken.
3. De huidige eindexamenkandidaten wordt – gezien de te verwachten maatregelen – de mogelijkheid ontnomen een tussenjaar te doen, zoals het Basisjaar van de Evangelische Hogeschool, terwijl dat voor velen wel essentieel en wenselijk is, met het oog op hun vorming.
4. Het afschaffen van de OV kaart vormt een bedreiging voor landelijk werkende, identiteitsgevoelige HBO scholen zoals bijvoorbeeld De Driestar en de CHE (Christelijke Hogelschool Ede) aangezien het gevolg waarschijnlijk een sterkere regionalisering van het onderwijs zal betekenen.
Daarom pleiten wij voor:
1. Het grote belang van vorming in het onderwijs, juist in deze verwarrende tijd die veel onzekerheid bij jongeren oplevert en de mogelijkheid dit te faciliteren;
2. Het naar voren halen van de besluitvorming rond de overheidsmaatregelen, zodat de huidige eindexamenkandidaten weten waar zij aan toe zijn en op goede gronden een studiekeuze kunnen maken;
3. Het bieden van gelegenheid aan de huidige eindexamenkandidaten om in 2013-2014 een tussenjaar te doen, met behoud van studiefinanciering voor de jaren daarna;
4. Het behoud van de christelijke identiteit in het hoger onderwijs en het derhalve faciliteren van het volgen van onderwijs op reformatorische/christelijke hogescholen.
De economie, de samenleving en misschien ook wel sommige volksvertegenwoordigers denken op korte termijn (opbrengstgericht), terwijl vorming juist veel tijd nodig heeft omdat het om de ontwikkeling van karakters gaat, om mensvorming, om de ontwikkeling tot weerbare volwassenen. Vorming laat zich niet leiden door concurrentie, prestatiegerichtheid, resultaatgerichtheid en werkdruk. Vorming richt zich op heel het wezen van kinderen en jongeren en mag nooit onder druk komen te staan. In onderwijs gaat het om ‘Bildung der Seele’.
Onno Visser
© Henk-Jan Oudenampsen
15-02-2013
Onderwijs
https://www.eh.nl/petitie