Een jongetje zei tegen zijn moeder: ‘Moeder, ik ben net zo lang als reus Goliath, ik ben bijna drie meter’!‘Hoe kan dat nu’ vroeg zijn moeder, ‘je bent nog maar vijf jaar oud’
In het Brits Museum in Londen is een steen te zien, zo hard als staal, met daarin de afdruk van de poot van een vogel. Eens moet die steen zacht en kneedbaar geweest zijn.
De dichter Coleridge had iemand op bezoek, die beweerde dat het helemaal verkeerd was,om kinderen al jong een godsdienstige opvoeding te geven. ‘Je moet de kinderen helemaal vrijlaten, je moet ze geen godsdienst aanpraten.
Een oude vrouw kon maar weinig geven voor een inzameling voor een bepaalde nood. Een jonge vrouw, die zag hoe weinig zij maar gaf, zei spottend; ‘Er is zoveel nood in de wereld.
Jaren nadat Moody was gestorven, vroeg iemand aan zijn schoondochter, die intussen oud was geworden, wat zij zich nog van Moody herinnerde. Zij antwoordde: ‘Wat mij bijzonder heeft getroffen, was dat hij kon toegeven aan zijn kinderen dat hij fout was geweest en dat hij om vergeving kon vragen.
‘Spreken is zilver, zwijgen is goud’ Diogenes, een Griekse wijsgeer, zei eens: ‘De mens heeft twee oren en maar één tong. Daarom moeten we veel horen en weinig spreken’. Praten gaat ons zo gemakkelijk af. Maar later hebben we vaak spijt van wat we allemaal gezegd hebben.
Heb je wel eens gehoord van de ‘Zaligsprekingen’? Je kunt ze vinden in Mattheüs 5:3-9. Dit zijn ze:
Twee kleine jongens waren aan het spelen. De oudste, die wist dat hij de sterkste was, speelde niet eerlijk. George, de jongste, wilde geen ruzie maken. Hij ging een eindje verder weg zitten en vocht tegen zijn tranen.
Een rijke fabrikant zag eens een visser, die op zijn gemak naast zijn boot zat en kennelijk tevreden was en ervan genoot. ‘Waarom bent u niet aan het vissen’? vroeg de fabrikant. ‘Ik heb vandaag genoeg vis gevangen’ antwoordde de visser.
Groetjes uit de studio van GrootNieuwsRadio. Ik ga straks een nieuwe uitzending van de discipel (mijn radioprogramma) opnemen. Het is hier altijd een gezellige bedrijvigheid.