SDOK luidt noodklok over christenvervolging in Nigeria

GORINCHEM – SDOK (Stichting De Ondergrondse Kerk) luidt de noodklok over de situatie van christenen in het noorden van Nigeria. In 2014 bereikte het geweld van de terreurgroep Boko Haram tegen christenen een dieptepunt.

Volgens de Nigeriaanse partnerorganisatie van SDOK zijn er dit jaar in het noordoosten van het land ten minste 8.500 christenen vermoord. 450.000 christelijke families zijn op de vlucht geslagen, waarvan er op dit moment nog 250.000 gezinnen dakloos zijn of in vluchtelingenkampen verblijven.

“Wat er op dit moment in het noorden van Nigeria gebeurt, tart iedere beschrijving”, zegt SDOK-woordvoerder Richard Groenenboom. “Vorige week nog werd een dorp in de deelstaat Borno aangevallen. 32 mannen werden vermoord en 185 vrouwen en kinderen ontvoerd. Het dorp ging in vlammen op. Wekelijks en soms dagelijks bereiken de berichten van dit soort aanvallen ons. Het zijn geen incidenten meer, zoals een paar jaar geleden.”

Terwijl afgelopen zomer alle ogen gericht waren op Irak en Syrië, waar IS dood en verderf zaaide, gebeurde in Nigeria feitelijk hetzelfde: Boko Haram riep een islamitisch kalifaat uit. Groenenboom: “Het verbaast ons zeer dat er wereldwijd zo weinig aandacht is voor de vreselijke ontwikkelingen in Nigeria. Er zijn geen buitenlandse troepen die ingrijpen, politieke druk blijft uit. Boko Haram heeft vrij spel.”

In 2010 begon Boko Haram een jihad, met als doel om een islamitisch kalifaat te stichten in de negentien noordelijke staten van Nigeria. Dat lijkt succesvol: het gebied dat door de extremisten gecontroleerd wordt en waar de sharia geldt, is sterk uitgebreid. De macht van Boko Haram is zo groot geworden, dat de terreurgroep hele steden weet over te nemen. Christenen die in handen van Boko Haram vallen, krijgen twee keuzes: zich bekeren tot de islam of sterven. Mensen die weten te ontkomen, vluchten met vaak niets anders dan de kleren die ze dragen.

De partnerorganisatie van SDOK in Nigeria zet zich in om de gevluchte en gewonde christenen te helpen. Daarnaast documenteren medewerkers zoveel mogelijk incidenten. Op basis van hun eigen waarnemingen en cijfers van verschillende kerkelijke instituten en mensenrechtenorganisaties komen zij tot de conclusie dat er dit jaar in het noordoosten zeker 8.500 christenen zijn omgekomen door het geweld van Boko Haram.

Stephen, één van deze lokale medewerkers, was onlangs in Nederland. Hij waarschuwde dat de situatie voor christenen in het noorden er alleen maar slechter op zal worden. “Boko Haram heeft aanhangers tot in de hoogste politieke, militaire en bestuurlijke geledingen, dus een eenduidig optreden tegen de terreurgroep zit er niet in. Daarnaast zijn er grote zorgen over de aanstaande presidentsverkiezingen in februari 2015. Men is bang dat wanneer de christelijke kandidaat wint, er – net als bij de vorige verkiezingen – massaal christenen afgeslacht worden. En de andere kandidaat is een extremistische moslim, die zelf wreedheden tegen christenen op zijn naam heeft staan.”

Kees van der Staaij, fractievoorzitter van de SGP, noemt de cijfers ‘zeer zorgwekkend’. Onlangs heeft de partij een notitie over christenvervolging aangeboden aan minister Koenders. In het kerstreces hoopt Van der Staaij samen met SDOK naar Nigeria af te reizen om met politieke leiders en getroffen christenen te spreken. “De stem van deze getroffenen moet gehoord worden, in het politieke debat en in de media”, zegt Van der Staaij. Ook SDOK vraagt breed de aandacht voor de situatie in Nigeria en roept christenen in Nederland op tot gebed.